De uitvinding van de filosofie
De geboorte van de filosofie ( volgens het groene boekje van de Michelin)
In de polis ging het woord een steeds grotere rol spelen, omdat sprekers tijdens raadszittingen met behulp van de retorica konden overtuigen. Het collectieve karakter van de besluitvorming -eigen aan de polis- leidde tot een zekere “openbaarheid” van kennis, die zich niet langer kon bepreken tot het debat tussen ingewijden, maar die juist onthuld en uitgelegd moest worden. Filosofie was al langer een traditie in Griekenland, maar vanaf de vierde eeuw voor C. werd het pas echt een stroming van betekenis. Aan de hand van dialogen probeerde Socrates (470-399) de vinger te leggen op de misvattingen in redeneringen, de pretenties van politici door te prikken en hun eigen onwetendheid aan de kaak te stellen. Socrates, zoon van een voedvrouw, is bedreven in de kunst van maïeutiek (ware kennis “baren” waarvan men niet weet dat men ze bezit). Hij heeft geen enkel geschrift nagelaten, maar zijn leer is voor het nageslacht bewaard gebleven dankzij zijn leerling Plato (428-347). Die heeft een deel van zijn werk aan de gedachten van zijn leermeester gewijd en veroordeelde net als hij het geweld, de immoraliteit, het onrecht en de wanorde die de overhand hadden in de steden. Plato werd op zijn beurt leermeester van de filosoof en geleerde Aristoteles (384-322),wiens filosofische en wetenschappelijke gedachten een grote invloed hadden in de westerse wereld, vooral op het terrein van de logica. Andere filosofen, verkondigers van diverse stromingen ( onder andere het stoïcisme en het epicurisme), zouden hem opvolgen. Weinig van hun geschriften zijn bewaard gebleven.
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}